PlusExclusief
In dit seniorencomplex in de Houthavens helpen de bewoners elkaar hun oude dag door: ‘Leuk met de buren’
Met onderlinge hulp willen ouderen in een nieuw seniorencomplex in de Houthavens zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Contact met de buren is zelfs onderdeel van het huurcontract. ‘Wij verbinden mensen en signaleren problemen.’
“Het was lekker,” zegt Peter Limbach (76) over het yogaklasje dat hij vanochtend met zijn buren heeft gevolgd. Ook van de gezamenlijke koffie erna heeft hij genoten. Als man alleen – ‘ik heb geen vrouw en geen kinderen’ – waardeert hij het gezelschap.
Net als zijn buren woont Limbach in een nieuwbouwcomplex met de opbeurende naam Life. Het complex voor 60-plussers heeft veel zorgvoorzieningen: een huisarts, fysiotherapeut en bedden voor mensen met vergevorderde dementie.
Limbach, die in het verleden bij de financiële administratie van de VPRO werkte, betaalt 1300 euro voor het appartement van pakweg 60 vierkante meter. Het contact met de buren zit bij de huurprijs inbegrepen. Dat contact wordt georganiseerd door Mylivy, een bedrijf dat voor die diensten wordt betaald door de verhuurder Bouwinvest (zie kader).
Vragen via de app
Net als de andere bewoners van de 59 appartementen van Bouwinvest heeft Limbach bewust gekozen voor het concept. Het idee is: de bewoners spreken en helpen elkaar. Gezondheidseconoom Xander Koolman schetste onlangs in deze krant dat ouderen in actie moeten komen, omdat de ouderenzorg verder zal worden uitgekleed.
Mylivy speelt daarop in. “Kijk, dit is onze app,” zegt locatiemanager Michèle Uni van Mylivy. Bewoners kunnen via die app elkaar berichten sturen en Uni tal van vragen stellen. Hoe neem je een abonnement op Netflix? Zijn er bij musea kortingen voor ouderen? Hoe merk je dat de hersenen wat minder goed functioneren?
Op die cognitieve achteruitgang is Uni zelf overigens ook scherp. Zij of een medewerker van Mylivy (een ‘hostess’, in bedrijfsjargon) spreekt de bewoners wekelijks, maar ze zien ook wie al een poosje niet meer actief is. Als dat weken of maanden duurt, gaat Uni buurten. Mylivy kent op basis van een intakegesprek ook het (medische) verleden van de bewoners.
“Bewoners krijgen het sociale contact niet opgedrongen, maar als ze zich langere tijd aan het gemeenschappelijke leven onttrekken, wil ik weten of er iets bijzonders speelt,” zegt Uni, een oud-stewardess die zich tijdens de pandemie bekwaamde in de ouderenzorg. “Er kan van alles spelen: een tegenvallende ziekenhuisopname, gewoon wat meer tijd voor jezelf wensen, of toch verergerde vergeetachtigheid.”
Signalerende functie
In dat laatste geval neemt Uni bijvoorbeeld contact op met de kinderen van bewoners, of met de huisarts. Mylivy levert zelf geen zorg, maar heeft wel een signalerende functie. Ook is het doel om de bewoners zo lang mogelijk uit de zorg te houden.
Limbach vindt dat prettig. Om hem hoeft niemand zich voorlopig grote zorgen te maken. Hoewel hij niet meer optimaal ziet (‘ik wacht op een tweede hoornvliestransplantatie’), doet hij veel vrijwilligerswerk; hij wandelt met demente leeftijdsgenoten en ondersteunt mantelzorgers bij het levenseinde van hun dierbaren. “Ik ondersteun met name bij trajecten met palliatieve sedatie.”
Voor het einde van het aardse leven heeft Limbach veel belangstelling. Hij heeft zich verdiept in het boeddhisme, waardoor hij niet zo bang is voor de dood. “Ik ben ook lid van de Nederlandse Vereniging voor een vrijwillig Levenseinde, de NVVE.”
Contact met de buren
Limbach weet niet of hij ooit een vrijwillig einde aan zijn leven wil maken, maar hij staat wel stil bij de optie. “Ik woon nu prima. Het appartement is goed geïsoleerd, er is een lift en ik heb leuk contact met de buren. Maar aan mijn drie oudere zussen heb ik gezien dat ouder worden met steeds meer gebreken gaat.”
Als hij medisch hard achteruit gaat, weet Limbach dat de mantelzorg van buren kan schelen, maar toch ontoereikend is. “Tegelijkertijd gaat de ouderenzorg achteruit. Ik weet niet of er tegen die tijd nog een verpleeghuis is, maar ik heb mijn huiswerk voor het einde van het leven gemaakt.”
Ogen en oren voor mantelzorgers
Mylivy is een idee van de als bestuurskundige opgeleide Marian Euverman, wier moeder lange tijd parkinsonpatiënt was. Euverman woonde met haar gezin met drie kinderen in de Randstad, haar moeder woonde in Friesland. Dat zette haar in 2014 op het spoor om een bedrijf op te richten dat de ‘ogen en oren’ vormde voor kinderen en andere mantelzorgers.
De naam Mylivy verwijst naar het nummer Ik leef mijn eigen leven van André Hazes. “Ook bij ouderdom en kwetsbaarheid willen mensen zo veel mogelijk zelfbeschikking,” zegt Euverman. Mylivy bestaat sinds vier jaar in Amsterdam en is ook actief in onder meer Gouda en Apeldoorn. Soortgelijke woonprojecten in Amsterdam zijn De Makroon (Centrum) en De Nieuwe Sint Jacob (Oost).
De huidige bewoners van Mylivy huren in de middensector. Euverman wil het concept echter ook introduceren in de sociale woningbouw. Daartoe is ze in gesprek met de gemeente Amsterdam, woningcorporaties en zorgverzekeraars.
Bouwinvest belegt kapitaal van pensioenfondsen in vastgoed. “Door Mylivy is het complex in de Houthavens financieel iets minder renderend dan andere vastgoedcomplexen, maar het levert een maatschappelijk rendement op, iets waar pensioenfondsen ook op sturen,” zegt een woordvoerder van Bouwinvest. “Pensioenfondsen zijn tevreden als het kapitaal van hun deelnemers aan beide doelstellingen bijdraagt.