Nieuws
Amsterdamse makelaars willen dat hun beroep beschermd is, om criminelen te weren
Bijna 80 procent van de Amsterdamse makelaars vindt dat hun vak weer een beschermd beroep zou moeten worden, zodat ze woningmisbruik of witwassen door criminelen beter kunnen tegengaan.
Dat blijkt uit een enquête die de Makelaarsvereniging Amsterdam heeft gedaan onder haar 600 leden.
Van de ondervraagde makelaars was 65 procent het ‘helemaal eens’ met de stelling dat makelaar weer een beschermd beroep zou moeten worden, 13 procent was het daar ‘een beetje mee eens’.
Afgeschaft in 2001
Makelaar was sinds 1967 een wettelijk beschermde titel, maar die bescherming werd begin 2001 afgeschaft met het idee dat de overheid zich niet met de regulering moest bemoeien, maar dat moest overlaten aan de branche.
In Amsterdam hamert de recherche al vele jaren op het gevaar dat criminelen makelaars en andere woningbemiddelaars misbruiken om aan woningen te komen waarin ze anoniem wonen, drugs, wapens of andere contrabande opslaan, drugs bewerken of illegale prostitutie of gokken faciliteren. Vastgoed kan ook worden gebruikt om misdaadwinsten wit te wassen – al is er onder deskundigen al jaren discussie over de mate waarin dit gebeurt.
Samen optrekken
Makelaarsvereniging Amsterdam (MVA) werkt inmiddels samen met het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) waarin politie, justitie, de gemeente en andere instanties de ‘ondermijning’ door criminelen gezamenlijk bestrijden.
De makelaarsvereniging stelt ‘een stap naar voren’ te willen zetten om woningmisbruik tegen te gaan. Uit de enquête blijkt dat de meeste leden dat ook willen. Met ‘kennissessies’ probeert de vereniging leden te wijzen op de gevaren van criminele ‘ondermijning’, en de middelen om daartegen wat te doen.
Makelaars zijn wettelijk verplicht ongebruikelijke transacties te melden bij de overheid. Ook transacties die uiteindelijk niet plaatsvinden omdat een makelaar risico’s zag, moeten worden gemeld.