PlusExclusief

Advocaat van commando Sil A, die gekoppeld wordt aan Ridouan Taghi: ‘Defensie en MIVD hebben gebruik van hem gemaakt’

‘Supercommando’ Sil A. (44) gleed volgens justitie af naar kringen rondom Ridouan Taghi. Zijn advocaat Michael Ruperti bestrijdt dit met klem, in aanloop naar de strafzaak over de handel in drugs en wapens en – vooral – het lekken van zeer geheime informatie. ‘Deze zaak gaat eigenlijk over de inlichtingenwereld die betrokken is bij allemaal duistere zaakjes.’

Wouter Laumans en Paul Vugts
Strafrechtadvocaat Michael Ruperti verdedigt 'supercommando' Sil A: 'Mijn cliënt kent Ridouan Taghi helemaal niet. Het steekt hem dat hij telkens met hem in verband wordt gebracht.' Beeld Marc Driessen
Strafrechtadvocaat Michael Ruperti verdedigt 'supercommando' Sil A: 'Mijn cliënt kent Ridouan Taghi helemaal niet. Het steekt hem dat hij telkens met hem in verband wordt gebracht.'Beeld Marc Driessen

Een ‘supercommando’, zo omschrijft Michael Ruperti zijn cliënt Sil A. De sergeant-majoor van het Korps Commandotroepen diende onder andere in Libanon, Ivoorkust en Afghanistan. “Hij is een van de meest ervaren commando’s die ik ken. Hij is een wapenexpert, staat bekend als heel innovatief en heeft in Afghanistan de levens van meerdere collega’s gered.”

Volgens Ruperti speelde Sil A. een sleutelrol bij de oprichting van 102 compagnie, een eenheid die zich bezighoudt met speciale operaties in vijandelijk gebied. “Hij heeft door zijn ervaring, kennis en vaardigheden een vrije rol gekregen binnen defensie. Hij hield zich bezig met oefeningen in terreurbestrijding en werken onder dekmantel (undercoveroperaties, red),” zegt de advocaat. “Hij stond in nauw contact met de geheime diensten AIVD en de MIVD (de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst). Hij was een van de weinige commando’s die te vinden waren op de gang van de afdeling geheime operaties van de MIVD.”

Maandag staat Sil A. voor de militaire rechtbank in Arnhem. Het Openbaar Ministerie beschuldigt hem van wapenhandel. Hij zou 250 aanvalsgeweren, 250 pistolen en 570 mitrailleurs of onderdelen daarvan verhandeld hebben. Daarnaast wordt hij verdacht van betrokkenheid bij de smokkel van 260 kilo cocaïne. Een andere voorname verdenking: hij zou ultrageheime informatie hebben doorgespeeld naar de onderwereld.

In de media is de 44-jarige commando inmiddels veelvuldig gekoppeld aan Ridouan Taghi, tegen wie levenslang is geëist voor het geven van opdrachten voor onderwereldmoorden. “Mijn cliënt kent Ridouan Taghi helemaal niet,” zegt Ruperti. “Hij heeft hem nooit ontmoet en nooit contact met hem gehad. Het steekt hem dat hij telkens met Taghi in verband wordt gebracht.”

Jeugdvriend van drugshandelaar

De link tussen Sil A. en Taghi is op zijn best indirect en speelt in zijn huidige strafdossier nauwelijks een rol. Het zit zo: Sil A. is een jeugdvriend van Gregory F. (49), met wie hij opgroeide in Rotterdam-Zuid. Terwijl Sil A. carrière maakte bij defensie, klom Gregory F. op in de onderwereld. Twee weken geleden veroordeelde de Amsterdamse rechtbank F. in de grote drugszaak 26Lyons tot negen jaar gevangenisstraf wegens grootschalige cocaïnehandel, die hij had toegegeven. Hij was in september 2021 voor die drugshandel gearresteerd op Curaçao, waar Sil A. toen overigens ook was voor een oefening.

Het onderzoek naar Gregory F. was begonnen naar aanleiding van de aanhouding van Ridouan Taghi in Dubai in december 2019. De opsporingsdiensten wilden Taghi's drugsorganisatie ontmantelen en sleutelspelers uit de groepering trekken, tot wie Gregory F. werd gerekend. In het onderzoek werd gesteld dat Taghi, Gregory F. en twee anderen ‘al jaren’ samenwerkten bij de import van cocaïne vanuit Costa Rica. Volgens het Openbaar Ministerie communiceerden Taghi en Gregory F. met elkaar in 2015.

In het onderzoek werd, tot grote schrik van de autoriteiten, óók vastgesteld dat Gregory F. veelvuldig en innig contact had met Sil A., tegen wie in december 2021 een apart onderzoek werd opgezet, onder codenaam 27Brassal. Sil A. zou geheime informatie met zijn criminele vriend hebben gedeeld. Hij werd afgeluisterd, ook met heimelijk in zijn Volvo S60 geplaatste apparatuur, en zijn gangen werden minutieus nagegaan. Op 1 februari 2022 werd hij aangehouden.

Volgens Ruperti is al die communicatie te verklaren, en heeft die niets met de georganiseerde criminaliteit te maken.

Geheime operaties

In zijn vrije rol hield Sil A. zich, volgens zijn raadsman, bezig met het opzetten en uitvoeren van oefeningen voor special forces. “Hij is expert in clandestiene en ‘low visibility-optredens’ (geheime operaties). Hij heeft in mei 2019 in de Verenigde Staten geoefend in het wegmaken van een lijk. Toen hebben ze een dood varken begraven. Daarna werden ze gecontroleerd door de lokale politie op bloedsporen.”

Sil A. zou zijn jeugdvriend Gregory F. over deze en andere operaties hebben bericht via WhatsApp, inclusief foto’s waarop collega’s stonden. Iets wat gezien het geheime karakter van de operatie niet is toegestaan.

“Hij heeft het Gregory F. laten zien en gevraagd of een dergelijke oefening niet makkelijker te houden zou zijn geweest in Suriname,” zegt Ruperti. “Gregory F. heeft geantwoord dat hij het wel kon regelen.”

Niet alleen hield Sil A. zijn jeugdvriend op de hoogte, de twee mannen werkten ook samen. “Het wereldje van geheime operaties is schimmig,” aldus de advocaat. “Mijn cliënt was bijvoorbeeld bezig met het opzetten van een internationaal trainingscentrum voor special forces in Suriname. De inlichtingendiensten waren daar ook in geïnteresseerd. Daarbij maakte Sil A. gebruik van de contacten van Gregory F. bij de Surinaamse overheid. In het kader van ‘quid pro quo’ hielp cliënt de Surinaamse overheid via Gregory F. weer bij de aanschaf militaire goederen. In dát licht werkten Gregory F. en Sil A. samen.”

Criminele vriend als ‘fixer’

Geheime diensten maken volgens de in militaire zaken gespecialiseerde oud-militair Ruperti vaker gebruik van mensen met een smetje. “Mijn cliënt gebruikte zijn jeugdvriend als een soort fixer in Suriname en op Curaçao. Iedereen wist dat F. van alles deed, maar zulke mensen zijn wel handig.”

De landelijke officier van justitie, gespecialiseerd in terrorismebestrijding, inlichtingen- en veiligheidsdiensten en Werken onder Dekmantel (WOD), stelt zich op het standpunt dat Sil A. nooit opdracht heeft gekregen om betrokken te zijn bij drugshandel, wapenhandel, verduistering van goederen en het schenden van zijn beroepsgeheim.

Volgens Ruperti is dat te makkelijk. “Mijn cliënt stond bekend als iemand die de binnenbocht nam en soms over de grens ging, maar zijn meerderen hebben het allemaal informeel en oogluikend toegestaan. Het is allemaal gedoogd. Defensie en de MIVD hebben constant gebruik van hem gemaakt. Het is niet zo dat mijn cliënt geheimzinnig deed over zijn vriendschap met Gregory F.”

Daarmee raakt Ruperti een zeer gevoelig punt: inlichtingendiensten die criminele contacten gebruiken voor hun stiekeme operaties. Handelde Sil A. alleen, of zijn heimelijke overheidsdiensten sámen met hem over morele grenzen gegaan?

In de strafzaak tegen Sil A. zal die vraag een sleutelrol spelen. Ruperti wil vijf medewerkers van de AIVD en MIVD verhoren als getuigen, over de machinaties bij geheime operaties. Op pro-formazittingen in aanloop naar de zaak, die allemaal achter gesloten deuren plaatsvonden, vroeg Ruperti de rechtbank al om die getuigen. “Het werd telkens afgewezen met een beroep op het staatsgeheim.”

Bommetje onder het proces

De inhoudelijke behandeling aanstaande maandag is wél toegankelijk voor de pers. Ruperti gaat opnieuw vragen de medewerkers van de geheime diensten te mogen verhoren. “Als dat niet wordt toegestaan, zie ik me genoodzaakt mijn verzoeken nader te onderbouwen. Dan zal ik dus ook details prijs moeten geven over de desbetreffende operaties.”

Met die aankondiging legt Ruperti nu al een bommetje onder het proces. Afgelopen week plaatste de advocaat op netwerksite LinkedIn een vergelijkbaar bericht. Daarin hintte hij ook al over ‘staatsgeheime informatie’ en stelde hij: ‘aan de doofpot hier werk ik niet mee’. Dat klinkt cryptisch. Over de details wil de advocaat voorafgaand aan de inhoudelijke behandeling van de zaak geen verduidelijking geven.

“Mijn cliënt is boos omdat de mensen met wie hij heeft gewerkt hem laten zitten nu het er voor hem op aankomt,” zegt Ruperti. “Het is ook heel gek dat het OM deze medewerkers niet zelf is gaan verhoren in het kader van de waarheidsvinding. Deze zaak lijkt op het eerste gezicht een normale strafzaak over wapens en drugs, maar eigenlijk is het een zaak over de inlichtingenwereld die betrokken is bij allemaal duistere zaakjes.”

Wilt u belangrijke informatie delen met Het Parool?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van Het Parool rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright@parool .nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden